Samenvatting: Cariologie 2025
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Cariologie 2025
-
1 Leerpad A- Cariologie
-
1.1 Les 1 inleiding
Dit is een preview. Er zijn 29 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke fases zijn er tijdens de glazuur vorming?
Secretoire fase: secretie van proteïne + partiële vervanging door mineraalMaturatie: Grootste deel proteïne wordt vervangen door mineraal (meerjarige fase).Einde: net voor doorbraak -
Hoe ziet de cervicale glazuurdentinegrens en wortels eruit van ouderen?
- Geen macromorfologische structuren (makkelijkere plaqueretentie)
- Gingivale recessies-> meer wortelopp. Bloot -> meer plaque-accumulatie-> sneller cariësontwikkeling
- Geen macromorfologische structuren (makkelijkere plaqueretentie)
-
Wat is het effect van de continue verming van secundair dentine op de pulpakamer?
De pulpakamer wordt kleiner doordat odontoblasten secundair dentine blijven afzetten. -
Waarom is dentine een vitaal weefsel?
Omdat het nog steeds metabolische activiteit heeft en gevoelig is door de aanwezigheid van odontoblasten en zenuwvezels in de pulpa -
Verschilt de mineralisatiegraad binnenin dentine?
Ja, peritubulair is de mineralisatiegraad het meest. -
Leg de volgende woorden uit: Erosie, Attritie, Abrasie, Abfractie, Hypoplasie en Hypomineralisatie.
- Erosie= dissolutie van harde weefsels door zuren
- Attritie=slijtage door tand-tand contact
- Abrasie= slijtage door de interactie tussen tanden en andere materialen
- Abfractie= verlies cervicaal glazuur aan mechanische en chemische slijtage ten gevolge van occlusale krachten
- Hypoplasie= ontwikkelingsstoornis waarbij het tandglazuur onvoldoende wordt gevormd.
- Hypomineralisatie= Glazuur is normaal van dikte, maar een verminderde mineralisatie heeft.
-
Hoe ziet de cervicale glazuurdentinegrens en wortels eruit van een patiënt met een gezonde gingiva?
- CEJ op zelfde hoogte als marginale gingiva
- Onregelmatig en ruw (->MO makkelijk blijven plakken)
- CEJ op zelfde hoogte als marginale gingiva
-
Wat zijn de belangrijke macromorfologische karakteristieken van approximale vlakken? (oud examen vraag)
- Breedte en
locatie approximaal contact (molaar >premolaar ) Curvatuur (concaviteit approx .)Marginosegmentale groeve
- Breedte en
-
Cariës wordt sneller ontwikkeld bij melk of blijvend gebit en waarom?
Melktand door niet goeie randschrikking van apatiet kristallen. -
1.2 Speeksel
Dit is een preview. Er zijn 27 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat gebeurd er met de mondvloeistoffen bij onsteking?
Hoeveelheid serum+ creviculaire vloeistof gaat omhoog
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden















