Bevoegdheden van de rechterlijke ambten

16 belangrijke vragen over Bevoegdheden van de rechterlijke ambten

Welke andere bepalingen bevat de Gw die de wetgever in acht moet nemen inzake de rechterlijke macht?

- art. 113 lid 3 uitsluitend de rechterlijke macht kan de straf van vrijheidsontneming opleggen
- cassatierechtspraak opgedragen aan HR
- art. 136 Gw geschillenbeslechting door de Raad.

Waaruit bestaat het supranationale en internationale recht inzake de rechterlijke bevoegdheid?

- VEU art. 13 VEU -- voornamelijk van belang is art. 19 VEU en art 267 VWEU
- EVRM en IVBPR

Welke eisen stelt art 6 EVRM aan de inrichting van de nationale rechtspraak?

- het is een een ieder verbindende bepaling
- recht op toegang rechter afgeleid door EHRM
- EHRM geeft autonome interpretatie van begrippen als burgerlijke rechten en verplichtingen, strafvervolging, onafhankelijke en onpartijdige rechterlijke instantie.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke drie criteria hanteert het hof bij de beantwoording van de vraag of gesproken kan worden van strafvervolging in de zin van art. 6 EVRM?

1. Nationale classificatie van de norm
2. De aard van de overtreding kan leiden tot toepassing van art. 6 EVRM
3. Aard en de zwaarte van de sanctie

Waartoe verplicht art. 13 EVRM de lidstaten m.b.t rechterlijke competentie?

Beschikbaar stellen van een effectief rechtsmiddel voor klachten over schending van de in het EVRM gegarandeerde rechten.(arguable claim) Er hoeft niet per se sprake te zijn van schending van EVRM-recht.
De nationale instantie hoeft niet per se een rechter te zijn.

Bijvoorbeeld van toepassing en van toegevoegde waarde in zaken waarin schending van art. 6 EVRM zelf aan de orde is  als bijv een nationale instantie niet tijdig tot een uitspraak komt.

Wat is het verschil tussen art. 6 en 13 EVRM en art 5 EVRM?

Art. 5 EVRM schrijft niet primair een mechanisme voor (toegang tot rechter of andere effectieve instantie) dat bescherming biedt tegen schending van diens EVRM-rechten.

Art. 5 lid 4 EVRM is lex specialis van art, 6 en 13 EVRM

Wat is de objectum litisleer?

De bevoegdheid van de burgerlijke rechter is slechts afhankelijk van het gestelde recht waarin eiser vraagt te worden beschermd. Gaat echt om het recht dat eiser inroept.

(indien eiser dit inroept, zelfs in geval bestuursrechter eigenlijk bevoegd is)

Deze algemene bevoegdheid van de burgerlijke rechter kan worden aangeduid als formele bevoegdheid, in tegenstelling tot de materiële bevoegdhei die de rechtspraak formuleert in termen van ontvankelijkheid.

Wat waas het conflictenstelsel?

Eerste helft 19e eeuw naar Frans voorbeeld. 1822 tot 1844 gold het Conflictenbesluit, dat inhield dat als de gouverneur van een provincie ervan op de hoogte raakte dat de administratie voor de gewone rechter werd gedaagd inzake  een handeling of besluit van de administratie, hij een conflict moest opwerpen. Daarmee werd de zaak in eerste instantie aan de recher onttrokken.

Pas in 1976 met invoering Wet arob kwam een algemene rechterlijke voorziening opgensteld tegen beschikkingen van overheidswege.

Welke kanttekeningen zijn te maken bij art. 115  in relatie tot art. 112 lid 1 Gw?

- leden 1 (object geschil) en 2 (rechtsbetrekking tussen partijen) van art. 112 Gw sluiten noch inhoudelijk noch tekstueel op elkaar aan.

Wat is de leer van de formele rechtskracht?

De leer waarbij de burgerlijke rechter uitgaat van de rechtmatigheid van een appellabel besluit zolang de onrechtmatigheid ervan niet is komen vast te staan in een bestuursrechtelijke rechtsgang.

Problemen van ondoorzichtigheid verzacht door verwijsplicht van rechterlijke colleges.

Wat merkt Kortmann op aangaande art. 113 Gw inzake strafrechtspraak?

Dat deze bepaling geen waarborg biedt tegen het onttrekken van de bestraffing van vergrijpen aan de bevoegdheid. Van de rechterlijke macht. Dit is vanuit het oogpunt van constitutionalisme geen goede zaak.

Wat wordt verstaan onder vrijheidsontneming in de zin van art. 113 lid 3 Gw?

Zaak- Engel Staatsburgse Hof: dit hangt in een concreet geval af van de aard, de duur en de gevolgen en de wijze van tenuitvoerlegging van de straf of maatregel.

Wat wordt beoogd middels de regeling van art. 113 lid 4 Gw?

Berechting door mobiele krijgsraden waarvan de leden niet voldoen aan de eisen van art 117 Gw.

Hoe is art. 114 Gw aangaande de doodstraf te lezen?

- als beperking competentie rechter
- als rangschikking onder de grondrechten, want:

* verband mogelijk met art. 11 Gw
* verband met art 13 EVRM afschaffing doodstraf
* niet alleen verbod  maar ook eliminatie uit wetgeving

Wat geldt mbt art 119 Gw tav de HR?

- opdracht tot vervolging ambtsmisdrijven bij kb gegeven
- opdracht aan procureur generaal
- opportuniteitsbeginsel geldt niet
- berechting slechts in.1 instantie in afwijking van art 14 lid 5 IVBPR

Welke voorzieningen zijn getroffen om overbelasting van de HR te voorkomen?

- selectie aan de poort dmv bevoegdheid voor HR om een beroep niet ontvankelijk te verklaren indien  de aangevoerde klacht geen behandeling in cassatie rechtvaardigen, omdat de instellende partij onvoldoende belang heeft bij cassatieberoep of dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Art. 80 Wet RO

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo