Samenvatting: Hbo-Bachelor Communication And Multimedia Design - 'beeldtaal'
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van HBO-bachelor Communication and Multimedia Design - 'Beeldtaal'
-
1 Inleiding
-
Waar gaat het boek: 'Beeldtaal' over?
Over kijken. -
Voor wie is het boek: 'Beeldtaal' bestemd?
- Voor iedereen die
beroepsmatig met depublicatie van beeld te maken heeft of krijgt. - Voor de
makers van beeld. - Voor de
gebruikers van beeld (interpretatie van beeld; begrijp je wat de maker ermee wil zeggen?).
- Voor iedereen die
-
1.3 Beeld en vorm
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe worden de mensen, bomen en huizen die uit vormen zijn samengesteld genoemd?
Beeldelementen . -
1.4 Beeld en tekst
-
Met beeld doelen we niet op ruimtelijke beelden, wel op driedimensionale voorstellingen die via het platte vlak (tweedimensionaal medium) tot ons komen. Wat zijn vier voorbeelden van een tweedimensionaal medium?
Papier .Beeldscherm .Beamer .Billboard .
-
1.6 Communicatief-retorisch
-
De communicatief-retorische functie verschaft ons tevens een normatief kader. Wat kun je jezelf bij ieder beeld afvragen?
- Is het duidelijk en
overtuigt het? - Het eerste lijkt een voorwaarde voor het tweede: wat je niet begrijpt, kan minder makkelijk overtuigen. Is je doel te informeren, dan is duidelijkheid een noodzakelijke voorwaarde. Is je doel te overtuigen, dan kun je soms ook overtuigend zijn zonder volslagen duidelijkheid.
- Is het duidelijk en
-
1.7 Drie theoretische scholen
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.7
Laat hier meer flashcards zien -
In welk analysemodel zijn de drie theoretische scholen samengevat?
GSR-beeldanalyse /GSR-analyse . -
Het interpreteren van beeld is een iteratief proces. Wat is de definitie van 'iteratief proces'?
Dat houdt in dat je heen en weer beweegt tussen de theorieën en het een met het ander aanvult. -
2 Beeldgeletterdheid
-
Wat is een bekende uitspraak van Hans Aarsman?
Er is niet éénwaarheid . Er zijn er minstenszeven (beeldgeletterdheid). -
2.2 Twee perspectieven
-
Waar refereert visuele geletterdheid aan?
Aan wat de maker van beeld moet kunnen, maar ook aan wat de gebruiker moet kunnen en weten. -
2.4 Gestalt, semiotiek en retorica
Dit is een preview. Er zijn 12 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.4
Laat hier meer flashcards zien -
Wat kan een beeldgeletterde volgens Anne Bamford onder andere?
- Het onderwerp van beeld benoemen;
- De betekenis van beeld begrijpen in de culturele context waarin het werd gemaakt en wordt gebruikt;
- Grammatica, stijl en compositie ervan analyseren;
- De gebruikte technieken analyseren;
- De esthetische kwaliteit ervan evalueren.
- De kwaliteit ervan in termen van doel en publiek evalueren.
- De beeldconventies herkennen.
- Stereotypen herkennen die een uiting zijn van vooroordelen over de personen op een afbeelding.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden















