Samenvatting: Nederlands 3
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Nederlands 3
-
1 Deel 1
-
1.4 Objectief en subjectief taalgebruik
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn zowel de hyperbool als het understatement? Wat is dit? Hoe kan dit?
Ze zijn een vorm van ironie. Bij ironie zeg je iets anders dan wat je bedoelt. Met gezichtsuitdrukkingen en intonatie kan de gebruiker van ironie aangeven dat zijn uitspraak niet letterlijk bedoeld is. -
2 Deel 2
-
2.2 Het personage
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn volle karakters?
Je leert ditpersonage goed kennen. Ze lijken wel echte mensen met verschillendekaraktertrekken . Net als echte mensen maken ze eenevolutie door. (meestal karakters in boeken) -
Wat zijn vlakke karakters?
Ze zijn stereotiep (vast en onveranderlijk). Ze hebben meestal een opvallende eigenschap en reageren op dezelfde manier. (stripfiguren, personages in reclamespots, ...) -
2.4 Figuurlijk taalgebruik
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.4
Laat hier meer flashcards zien -
Geef voorbeelden van spreekwoorden, uitdrukkingen, gezegden.
- S: onkruid vergaat niet, de appel valt niet ver van de boom, ...
- U: met vuur spelen, naast zijn schoenen lopen, ...
- G: een open deur, door dik en dun, met hart en ziel, als kers op de taart, ...
- S: onkruid vergaat niet, de appel valt niet ver van de boom, ...
-
3 Deel 3
-
3.2 Tijd
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is de kalendertijd? Wat bepaalt het?
Dekalendertijd is detijdsperiode waarin eenverhaal zich afspeelt. De kalendertijd van een verhaal bepaalt het gedrag van de personages, hun leefomstandigheden, hun gedachten en gevoelens. -
Wat is een flashback en een flashforward?
Heel wat verhalen kennen een chronologische tijdsvolgorde. Soms worden de gebeurtenissen echter onderbroken en neemt de verteller je mee naar een andere tijd. Dit kan met een flashback naar een voorbije periode of met een flashforward naar de toekomst. -
Wat is een terugwijzing en een vooruitwijzing?
Een terugwijzing is een korte gedachte of herinnering. Een vooruitwijzing is vaak een korte opmerking van de verteller die al weet wat het personage te wachten staat. -
4 Deel 4
-
4.2 Ruimte
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is de geografische ruimte in een verhaal?
Deplaats waar degebeurtenissen in hetverhaal zich afpelen. -
Wat is de sociale ruimte in een verhaal?
Personages maken door hunafkomst ,beroep ,hobby's ,opleiding , ... deel uit van een bepaaldesociale groep .
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden















