Samenvatting: Verpleegkundige Gespreksvoering

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Verpleegkundige gespreksvoering

• 1 Verpleegkundige gespreksvoering

• 1.1 Casus 1 toets: Dhr Boersma

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• 3. Ambivalentie onderzoeken(Ambivalentie geeft de interne twijfel aan van iemand die iets nieuws wil, bijvoorbeeld zijn gedrag veranderen. )Vragen (3) die ik kan stellen:

  1. "Wat zou er voor u beter kunnen worden als u met een behandeling begint?"
  2. "Zijn er dingen die u zou willen veranderen in uw leven? Wat houdt u daarin tegen?"
  3. "Wat zou het voor u betekenen als uw stemming zou verbeteren?"

• 4. Sterke kanten en successen benadrukkenVragen (3) die ik kan stellen:

  1. "Kunt u een moment noemen waarop u eerder een moeilijke situatie heeft overwonnen? Wat heeft u toen geholpen?"
  2. "Wat vindt u dat u goed doet, ondanks de moeilijke situatie waarin u zich bevindt?"
  3. "Waar haalt u kracht uit, zelfs als het nu moeilijk is?"

• 1.2 Casus 2 toets: mw. De Ruiter

• Stap 1: WaarnemenHier benoem je objectief wat er gebeurd is, zonder oordeel. Dit helpt om het gesprek in een veilige en neutrale sfeer te starten.Welke vragen zou je kunnen stellen (4)?

  • Hoe heeft u het gesprek met Maria ervaren?"

  • "Ik merk dat dit nieuws u heeft geraakt. Kunt u me vertellen wat er op dat moment door u heen ging?
  • "Wat viel u op aan hoe u reageerde toen Maria dit vertelde?"
  • "Wat is het dat u het meest bezig houdt sinds het gesprek met Maria?"
  • Ik hoor dat het moeilijk is voor u om afscheid te nemen van Maria? Klopt dat? Reflecterende vraag

• Stap 2: GevoelensHier richt je je op de gevoelens van Jantine. Dit helpt haar om te herkennen en uit te spreken wat ze ervaart.Welke vragen zou je kunnen stellen (3)?

  • "Wat voelde u toen Maria vertelde dat ze een tijd niet aanwezig zal zijn?"
  • "Kunt u me iets meer vertellen over hoe dit u raakt?"
  • "Voelt u zich misschien boos, verdrietig of iets anders? Hoe zou u dat beschrijven?"
  • Het klinkt alsof u zich in de steek gelaten voelt. Heb ik dat goed begrepen? Reflecterende vraag

• Stap 3: BehoeftenJe helpt haar om te verkennen welke onvervulde behoeften of waarden achter haar gevoelens schuilen.Welke vragen zou je kunnen stellen (4)?

  • Wat heeft u nodig, nu Maria tijdelijk afwezig zal zijn?"

  • "Wat maakt Maria’s aanwezigheid zo belangrijk voor u?"
  • "Hoe kan ik of een ander u ondersteunen in deze periode?"
  • "Is het zo dat u misschien behoefte heeft aan stabiliteit of zekerheid in de begeleiding?"

• Stap 4: VerzoekenSamen vertaal je haar behoeften in concrete acties of verzoeken.Vragen die je kan stellen (3)?

  1. "Wat zou u van mij of van het team willen vragen om u in deze periode te ondersteunen?"
  2. "Hoe kunnen we u helpen om met deze verandering om te gaan?"
  3. "Zijn er specifieke dingen die u graag wilt bespreken of doen, zodat u zich meer op uw gemak voelt?"

• Empathische reflectiesTijdens het gesprek kun je regelmatig reflecteren om te laten merken dat je haar begrijpt:Welke vragen kan je stellen (3)?

  1. Ik hoor dat het moeilijk voor u is om afscheid te nemen van Maria. Klopt dat?"
  2. "Het lijkt alsof u zich overweldigd voelt door dit nieuws. Is dat wat u bedoelt?"
  3. "Het klinkt alsof u zich misschien alleen gelaten voelt. Heb ik dat goed begrepen?"

  
  
  Door verbindende communicatie toe te passen, geef je mevrouw de Ruiter ruimte om haar emoties en behoeften te uiten. Tegelijk help je haar om haar gevoelens te structureren en mogelijke oplossingen te bedenken.

• 1.3 Casus 3 toets: mw. Jansen

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
  Laat hier meer flashcards zien

• 1. Vertrouwen opbouwen en situatie verkennenWelke vragen stel je (3)?

  1. "Ik merk dat u vanochtend huilend bent weggelopen uit de groepssessie. Wat gebeurde er op dat moment?"
  2. "Wat maakte dat u het moeilijk vond om in de groepssessie te blijven?"
  3. "Hoe voelde u zich voordat u naar de sessie ging?"

• 3. Behoeften en doelen verkennenWelke vragen stel je (3)?

  1. "Wat heeft u op dit moment nodig om u weer wat beter te voelen?"
  2. "Zijn er specifieke dingen in de sessie die u moeilijk vond? Wat zou u helpen om hiermee om te gaan?"
  3. "Wat zou u willen bereiken in de groepssessies, ondanks dat ze soms moeilijk voor u zijn?"

• 4. Reflecteren en oplossingen zoekenWelke vragen stel je (3)?

  1. "Hoe zou u deze situatie in de toekomst anders willen aanpakken?"
  2. "Wat zou u uzelf kunnen geven of zeggen op zo’n moment om uzelf te ondersteunen?"
  3. "Welke stappen kunt u zetten om uw angstklachten in dit soort situaties te verminderen?"