Samenvatting: 4. Weerstand En Dementie

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van 4. Weerstand en Dementie

• 1 Onderzoek

• Welk soort onderzoek bedoelen we met het eerste stapje om om te gaan met weerstand bij dementie?- Wat is het hoofdprobleem?- Waarom is dit probleem meer uitgesproken bij dementie?

  PWO: Praktijkgericht Wetenschappelijk Onderzoek
  
  Probleem:
  - zorg-afhankelijke personen hebben vaker een slechte mondhygiëne
  - Meer uitgesproken bij dementie --> vanwege weerstand

• - Wat zijn de 2 problemen bij het geven van mondzorg bij personen met dementie?- Wat is daarom het doel van de PWO?

  2 Problemen
  - kennis is niet meteen gedragsverandering
  - personen dementie --> erg moeilijke populatie om mee te werken
  
  Doel van PWO
  - motiverende interventie ontwikkelen 
  - om zorgverleners te ondersteunen 
  - bij omgaan met weerstand --> tijdens mondzorg
  - bij personen met dementie 

• Kijk naar de casus op de afbeelding.Stel je komt op deze afdeling terecht en wordt naar jou gekeken om een oplossing te bieden. Hoe begin je hieraan?- Wat weten veel zorgverleners niet/weinig?- Welke vraag moet je dan dus niet en wel stellen?

  Veel zorgverleners weten niets of erg weinig over 'weerstand'
  - of onbegrepen gedrag/afweergedrag/agressie/probleemgedrag, etc
  
  Vraag dus niet
  - hoe gaan we dat een keer hier oplossen?
  
  Vraag wel:
  - Waar komt de weerstand vandaan?
  ---> dit gaan wij onderzoeken (de oorzaken)

• 2 Oorzaken van weerstand

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• 2.1 Hoe voelt de persoon met dementie zich?

• Om erachter te komen wat de persoon met dementie zich voelt hebben wij een tabel:- Wat staat er in dit tabel en wat in het kenmerk van beide?

  1. Persoonlijke kenmerken
  - zijn niet veranderbaar --> van een op de andere dag
  
  2. Afstemming tussen noden en omgeving
  - hier en nu: hoe komt omgeving --> tegemoet aan noden
  
  Persoonlijke kenmerken
  - chronische/lichamelijke aandoeningen (bv dementie)
  - psychiatrische aandoeningen (angst/depressie)
  - lichamelijke functioneren (pijn, slecht te been)
  - persoonlijkheid (optimistisch, stress-gevoelig)
  - gehoor + zichtproblemen
  
  Afstemming tussen noden en omgeving
  - lichamelijke noden (vermoeidheid, honger, pijn)
  - psychologische noden (autonomie, verbondenheid, competentie)

• Welke 3 soorten noden heb je en wat houden zij in?

  1. Psychologische noden
  - autonomie --> doen wat je wilt, wnr je wilt
  - verbondenheid --> gesteund voelen om te doen
  - competentie --> vaardigheden bezitten om te doen
  
  2. Aangeboren noden
  - terrible twos/peuterpubertijd
  - verlatingsangst
  
  3. Levenslang 
  - corona

• - Vraag je dingen af bij jezelf om te weten hoe de persoon met dementie zich voelt:- Wat is hetgeen waar je echt begrijpen bij deze personen?- Noem minstens 5 vaardigheden die verloren gaan bij dementie.

  Vraag je af, wat als...
  - je in een WZC moet wonen --> wat zou je het meest missen?
  - wat als je dementie hebt --> welke vaardigheden zal je meest missen?
  
  Je moet begrijpen dat wonen in WZC + dementie hebben
  - enorme frustratie van psychologische basisnoden
  
  Vaardigheden die verloren gaan bij dementie 
  - amnesie (geheugen)
  - afnasie (taal)
  - agnosie (begrip)
  - apraxie (kunnen)
  - executieve functies (plannen, nadenken)
  - oriëntatie (tijd en ruimte)
  - aandacht (volgehouden + selectieve)
  - gedrag (ontremming)

• - Persoon met dementie is geen blanco blad: het is een persoon met .....- De persoon krijgt te maken met een negatieve invloed van symptomen van dementie: geef 2 voorbeelden.- Waar leidt dit allemaal tot toe?

  Persoon met dementie is geen blanco blad:
  - lichamelijke/psychische aandoeningen
  - persoonlijkheid
  - voorgeschiedenis
  - (onvervulde) noden, ..
  
  Negatieve invloed van symptomen van dementie
  - taalprobleem (niet kunnen zeggen wat ze nodig hebben)
  - verstoorde prikkelwerking (geen filter van prikkels)
  
  --> vaak/sneller overprikkeld, geagiteerd

• 2.2 Hoe ervaart de persoon met dementie mondzorg?

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Om te begrijpen hoe Pmd mondzorg ervaren..- Moet je al zeker begrijpen over de gemiddelde mens:- En stel nou en persoon met dementie, wat ervaart die hierbij?

  Al begrijpen dat
  - gemiddelde mens zich niet (graag) --> bezighoudt met mondzorg
  - mond laten verzorgen door ander --> is niet fijn, invasief
  
  Maar erbij nog, stel dat je
  - niet weet waar je bent, wie voor je staat 
  - wat een tb is en doet
  - niet kan vragen wat die persoon van plan is
  - niet kan zeggen dat je het eigenlijk niet wilt

• Door een verstoorde prikkelwerking resulteert het initiëren van mondzorg bij in 2 soorten reacties.

  1. Snelle reactie
  - doorgaans bij personen met dementie
  - en leidt tot weerstand
  
  2. Trage reactie (niet bij personen met dementie)
  - schrik
  - in hoofd redeneren: het is oke
  --> dan er is niks aan de hand (geen gevaar/weerstand)

• Hoe ervaart de PmD mondzorg bij een verstoorde prikkelwerking bij een snelle reactie, en wat houdt dit uiteindelijk in?

  1. Vluchten ---> wegdraaien 
  
  2. Vechten --> duwen, slaan, roepen
  
  3. Vriezen --> klemmen 
  
  ----> dit wordt allemaal gezien als weerstand