Geld, monetair beleid en inflatie

39 belangrijke vragen over Geld, monetair beleid en inflatie

Men wendt het geld aan om dagelijkse betalingen te verrichten.

een actieve geldsfeer

Papiergeld waarbij de dekking in goud lager is dan 100% en waarvan de inwisselbaarheid voor goud werd opgeheven.

conventioneel papiergeld

Sluipende/kruipende inflatie: jaarlijkse toename van het algemeen prijspeil bedraagt minder dan 3 à 4%.

een creeping inflation

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Afname van de geldstroom door oppotting of geldvernietiging.

deflatoire krachten

Digitale equivalent van contant geld, opgeslagen op een elektronische drager of op afstand op een server: e-money.

elektronisch geld

Betalingen worden verrekend met een reeds van de bankrekening afgeschreven som geld (Proton).

een elektronische portemonnee

Geld dat niet 100% gedekt kan worden door goud.

fiduciair papiergeld

Markt waar professionele die kortlopende middelen nodig hebben.

een geldmarkt

Elke handeling waardoor de maatschappelijke geldhoeveelheid in een land groeit.

geldschepping- of creatie

Vermenigvuldiging van de omloopsnelheid van het geld met de maatschappelijke geldhoeveelheid (M): alle betalingen die in een jaar gedaan zijn: M*V

een geldstroom

Het omzetten van chartaal geld in giraal geld (of omgekeerd) zonder dat de maatschappelijke hoeveelheid wijzigt.

geldsubstitutie

Kloof die ontstaat tussen de inflatieperceptie en der werkelijke inflatie.

gevoelsinflatie

Geld dat ontstaat door een deposito van bankbiljetten aan een kredietinstelling: onmiddellijk opvraagbaar tegoed bij kredietinstellingen.

giraal geld

Vermenigvuldiging van het algemeen prijspeil (P) met het bbp naar volume (T): P*T

een goederenstroom

Het algemeen prijspeil stijgt zeer snel en zeer steil.

hyper inflation

Ingezetenen van een volkshuishouding brengen het geld niet in omloop.

een inactieve geldsfeer

Toename van de geldstroom door ontpotting of geldcreatie.

inflatoire krachten

Prijsstijgingen die ingevoerd zijn door het land.

een ingevoerde inflatie

Wat is een inverse rentestructuur?

Situatie waarbij de rente op LT voor financiële activa lager is dan die op KT.

Markt waar vermogenstitel verhandeld worden met een looptijd bij uitgifte op meer dan één jaar.

een kapitaalmarkt

Inflatie zonder onder andere energie en agrarische producten.

kerninflatie

Cost push inflation: structurele inflatie: inflatie die ontstaat uit de verhoogde kosten voor het vervaardigen van goederen of het presteren van diensten.

kosteninflatie

Transacties die om de maand plaats vinden met een looptijd van drie maanden.

een langlopende herfinanciering

Geldschieter in de laatste orde: ECB mag chartaal geld in omloop brengen.

een lender of last resort

Gouden en/of zilveren standaard: maatstaf voor de geldwaarde.

metallisme

Toename van de geldhoeveelheid doordat de productiecapaciteit volledig benut is met als doel de goederentransacties terug te laten stijgen.

monetaire inflatie

De beïnvloeding van de geldhoeveelheid en/of van de geldsomloopsnelheid.

een monetaire politiek

Papieren standaard: inwisselbaarheid voor goud is opgeheven.

nominalisme

Overhevelen van de inactieve naar de actieve geldsfeer.

ontpotten

Overbrengen van de actieve naar de inactieve geldsfeer.

oppotten

Markt waarop nieuwe effecten aangeboden worden aan beleggers.

een primaire markt

Sectoren die met een hoge productiviteitsstijging de lonen laten stijgen.

productiviteitsinflatie

Niet onmiddellijk beschikbaar geld doordat het voor een bepaalde periode werd toevertrouwt aan een kredietinstelling.

quasigeld

Geld dat inwisselbaar is voor goud.

representatief papiergeld

Technologie die toelaat om gegevens draadloos te verzenden over korte afstanden.

RFID

Munt geslagen uit edel metaal dat men gebruikte als basis van het muntsysteem.

de standaardmunt

Meer gevaar voor de loon- en prijsspiraal: hogere prijzen leiden tot loonstijgingen die op hun beurt zorgen voor nieuwe prijsverhogingen.

tweede-ronde-effecten

Bestedingsinflatie: demand pull inflation: conjuncturele infaltie: prijsstijging als de vraag naar goederen of diensten de productiecapaciteit overschrijdt.

vraaginflatie

Basisherfinanciering: de ECB verstrekt tegen afgifte onderpand kredieten met een looptijd van één week aan banken met tijdelijke liquiditeitsproblemen en verricht aldus haar rol als bank der banken (=lender of last resort).

wekelijkse aanbestedingen van kredieten

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo