Samenvatting: Java

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Java

• 1 Java

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• 1.1 Main

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe kan je een programma in java draaien? (doelend op main)

  Met de main functie

• Welke returnfuncties zijn er in java?

  • Public = overal beschikbaar in de code
    
  • Static = echt overal beschikbaar (liefts maar 1 keer gebruiken in de main)
  • void = gaat niets teruggeven, alleen uitvoeren
  • String/boolean etc. = verwacht een return waarde en zorgt ervoor dat er een verplichte return statement moet komen.

• 1.3 Variabelen

• Hoe geef je een variabele aan in java?

  In Java kan een variabele op de volgende manier worden gedeclareerd:
  

  1. Kies een datatype (bijvoorbeeld `int`, `String`, `double`).
  2. Gebruik het sleutelwoord om de variabele te declareren (bijvoorbeeld `int` voor een geheel getal).
  3. Geef een naam aan de variabele, die voldoet aan de naamgevingsregels.
  4. Optioneel: Wijs een waarde toe met de `=` operator.

  
  Voorbeeld:
  ```java
  int leeftijd = 25;
  ```

• 1.4 Scanner

• Waar gebruik je de scanner functie voor in java?

  In Java wordt de scannerfunctie gebruikt voor invoer van gebruikersgegevens.
  

  • Lezen van tekstinvoer vanaf de console.
  • Verkrijgen van verschillende datatypes (zoals int, double, String).
  • Handig voor interactieve toepassingen.

  
  Bijvoorbeeld, met de Scanner klasse kun je op een eenvoudige manier gegevens van de gebruiker ontvangen. Zoals input in python is

• Hoe gebruik je de scanner functie in java?

  Om de scannerfunctie in Java te gebruiken, volg deze stappen:
  
  1. Importeer de Scanner-klasse:
  ```java
  import java.util.Scanner;
  ```
  
  2. Maak een Scanner-object aan:
  ```java
  Scanner scanner = new Scanner(System.in);
  ```
  
  3. Lees invoer van de gebruiker:
  

  • Voor een string: `String input = scanner.nextLine();`
  • - Voor een integer: `int number = scanner.nextInt();`

  
  4. Sluit de scanner na gebruik:
  ```java
  scanner.close();
  ```

• 1.5 Array's

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.5
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe gebruik je arrays in java?

  Arrays in Java zijn verzameling van elementen van hetzelfde type. Hier is hoe je ze gebruikt:
  

  • Declareren: `datatype[] naam;`
  • Initialiseren: `naam = new datatype[grootte];`
  • Voorbeeld:

  
  ```java
  int[] cijfers = new int[5]; // declareert een array van 5 gehele getallen
  cijfers[0] = 10; // toewijzen waarde aan index 0
  cijfers[1] = 20; // toewijzen waarde aan index 1
  ```
  
  - Toegang: Gebruik index om elementen te benaderen, zoals `cijfers[0]`.

• 1.6 Arraylists

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.6
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe gebruik je arraylists in java?

  ArrayLists in Java zijn dynamische lijsten die elementen kunnen bevatten. Een voorbeeld van het gebruik:
  
  1. Importeer de ArrayList-class:
  ```java
  import java.util.ArrayList;
  ```
  
  2. Maak een ArrayList:
  ```java
  ArrayList namen = new ArrayList<>();
  ```
  
  3. Voeg elementen toe:
  ```java
  namen.add("Jan");
  namen.add("Piet");
  ```
  
  4. Toegang tot elementen:
  ```java
  String eersteNaam = namen.get(0); // "Jan"
  ```
  
  5. Verwijder een element:
  ```java
  namen.remove("Piet");
  ```

• 1.7 For loops

• Hoe gebruik je for loops in java?

  In Java zijn for loops handig voor het itereren over een reeks waarden. Hier is een voorbeeld:
  
  1. Basisstructuur:
  ```java
  for (int i = 0; i < 10; i++) {
  System.out.println(i);
  }
  ```
  
  2. Uitleg:
  

  • `int i = 0`: Initialiseert de teller.
  • - `i < 10`: Voorwaarde om door te gaan.
  • - `i++`: Verhoogt de teller bij elke iteratie.

  
  Dit print de getallen 0 t/m 9.

• 1.8 While loops

• Hoe gebruik je while loops in java?

  Een while loop in Java herhaalt een blok code zolang een bepaalde voorwaarde waar is. Hier is een voorbeeld:
  
  ```java
  int i = 0;
  while (i < 5) {
  System.out.println(i);
  i++;
  }
  ```
  
  ### Belangrijke punten:
  

  • Begin met het initialiseren van een variabele (hier `i`).
  • Definieer de voorwaarde in de while-loop (hier `i < 5`).
  • Verhoog of wijzig de variabele binnen de loop om een oneindige loop te voorkomen.

• 1.10 Condities

• Wat zijn verschillende condities in java?

  In Java zijn er verschillende condities en de bijbehorende operators:
  

  • Vergelijkingsoperators:
  • - `==` (gelijk aan)
  • - `!=` (niet gelijk aan)
  • - `>` (groter dan)
  • - `<` (kleiner dan)
  • - `>=` (groter dan of gelijk aan)
  • - `<=` (kleiner dan of gelijk aan)
  • Logische operators:
  • - `&&` (EN)
  • - `||` (OF)
  • - `!` (NIET)

  
  Deze worden gebruikt voor het evalueren van expressies in beslissingsstructuren.