BDW: ondernemingstheorie en financieringstheorie OR: insolventie en faillissement
14 belangrijke vragen over BDW: ondernemingstheorie en financieringstheorie OR: insolventie en faillissement
Wat is kenmerkend voor de positie van de verstrekker van een achtergestelde lening?
- Hoogste risico
- Staat achterin de rij bij uitbetaling
- Krijgt meer rendement als compensatie
Waarom wordt het risico verlaagd door additionele zekerheden?
- Extra zekerheden verlagen het risico
- Lager risico resulteert in lager rendement
Wat illustreert het voorbeeld van een onderneming met 50% eigen vermogen?
- Eigen vermogen: 10% rendement
- Vreemd vermogen: 7,5% rente
- Gemengde kosten daartussen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat zijn RR + SF-risico-type indicatoren?
- Hoger risico en wisselende inkomsten.
- Kostenpositie lager bij minder risico.
- Lager risico heeft vaak lagere opbrengsten.
Wat is de rol van correctiemodellen in financiering?
- Geïntroduceerd door Bankencommissie (1951).
- Correctievolmachten beperkt.
- Gesimuleerde nucontantwaarde van bedrijfsgoederen.
Wat houdt governance bij financiële moeilijkheden in?**
**
Hoe behandelt het Europese insolventierecht faillissementen?**
**
- Richt zich op gelijktijdige afwikkeling activa.
- Verschilt met de nadruk op schuldeisers in de VS.
Welke mogelijkheden zijn er om insolventie te overwinnen?
- Herstructurering van schulden door crediteurenakkoord.
- Doorstart door crediteuren in te schakelen.
- Surséance van betaling aanvragen.
Wat is de rol van de curator bij faillissement?
- Curator: Beheert failliete boedel.
- Treft regelingen voor schuldeisers.
- Verkoopt activa om schulden te betalen.
Hoe verschilt een strategische crisis van een liquiditeitscrisis?
- Strategische crisis: langzaam, strategische fouten, contextverandering.
- Liquiditeitscrisis: onmiddellijke geldproblemen.
- Reactie verergert de situatie bij traag reageren.
Wat gebeurt er bij het niet tijdig erkennen van crises?
- Sterkere concurrentiepositie nodig.
- Moeilijker crisis bestrijden.
- Hoger risico faillissement.
Wat is de rol van afstemming van bedrijfsmiddelen in een onderneming?
- Essentieel voor levensvatbaarheid.
- Intern tegen veranderingen beschermen.
- Jaarrekening toont continuïteitsveronderstelling.
Wanneer moet er een continuïteitsveronderstelling zijn volgens het jaarrapport?
- Als er geen reden is voor twijfel.
- Bedrijf heeft voortzettingsplan.
- Niet stoppen of activiteiten beperken vereist.
Wat stelt artikel 2:384 lid 3 BW over waarde van bezittingen?
- Boekwaarde van bezittingen gebaseerd op verwachte opbrengsten.
- Waardering in lichamelijke vorm en voortzetting van gebruik.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden















