Samenvatting: Strafprocesrecht (Eind Tentamen)

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Strafprocesrecht (eind tentamen)

  • 1 Week 1 - Inleiding

  • 1.2.1 Analysevraag

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn de vier elementen van de toepassing van Mr. Big? [juridisch kader]

    Art. 126J Sv
    1. Mr. Big: zwijgende verdachte die moet gaan praten tegen undercover agent (= Mr. Big), wat hij niet eerder heeft verteld
    2. Fictieve opgezette criminele organisatie: Mr. Big is hier het hoofd van
    3. Befriending: vriendschappelijke vertrouwensband
      • In contracst met infiltratie: dit is een zakelijke band in een organisatie die al bestaat
    4. Grote materiele voor- en nadelen van wel of niet over crimineel verleden gaan vertellen
  • 2 Week 2 - Opsporing I

  • 2.1 Algemeen

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Welke twee opties zijn er voor het beoordelen van de rechtmatigheid van een opsporingsmethode?

    • Expliciet: de opsporingsbevoegdheid is in de wet als zodanig vastgelegd (Mr. Big methode)
      • Deze basis is soms vereist: bij meer dan beperkte inbreuk, methoden die risicovol zijn voor integriteit en beheersbaarheid van opsporing
    • Impliciet: indien expliciet ontbreekt kijk je naar algemeen taakstellende bepalingen.
      • Art. 3 Pw of 141-142 Sv kunnen voldoende grondslag bieden indien het gaat om lichtere inbreuken
  • Wat zijn de drie domeinen van opsporing, en waarvoor dienen deze?

    Dit zijn drie situaties wanneer bijzondere opsporingsbevoegdheden mogen worden ingezet.
    1. Klassieke verdenking: verdachtebegrip, redelijk vermoeden van strafbaar feit (art. 126g)
    2. Proactieve opsporing/vroegsporing: redelijk vermoeden dat in georganiseerd verband bepaalde misdrijven worden gepleegd of beraamd (art. 126o Sv)
    3. Aanwijzingen van een terroristisch misdrijf: geruchten tot voorbereiding zonder goed te verifiëren (art. 126zd)

    > Dus sowieso bij verdenking, en in twee situaties bij minder mogelijk
  • Wat zijn de gradaties van verdenking? En welke toetsingskaders horen hier bij?

    1. Aanwijzing van terroristisch misdrijf
    2. Redelijk vermoeden van schuld (verdachtebegrip, art. 27(1) Sv)
    3. Ernstige bezwaren: redelijk vermoeden en een beetje meer


    Toetsingskaders:
    1. Enkel vermoeden is voldoende
    2. Geobjectiveerd vermoeden dat degene mogelijk schuldig is aan
      • Objectiveerbaar
      • Individualiseerbaar 
      • Concretiseerbaar 
    3. Ernstige bezwaren:
      • OIC-criteria toetsen: moeilijk/makkelijk halen zegt iets over bestaan van ernstige bezwaren
      • Bepaal met stormsteeg als voorbeeld of er sprake is van ernstige bezwaren:
        • Locatie met veel drugscriminaliteit
        • Schrikreactie
        • Wegrennen 
  • 4 Week 4 - Dwangmiddelen

  • 4.2.1 Analysevraag

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is het juridisch kader van het smartphoneonderzoek? [Juridisch kader]

    Onderzoek aan de smartphone is ingedeeld in drie categorieën, elk met een bijbehorende gradatie van inbreuk.
  • 4.2.2 Casusvraag

    Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.2.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat moet je nalopen als je het steundwangmiddel 'betreden en doorzoeken' wil beoordelen?

    ARTIKEL NOG LEZEN PLS
  • 5 Week 5 - De rechter-commissaris en voorarrest

  • 5.1 Algemeen

    Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn de vier fasen van voorarrest? Welke hiervan vallen onder voorlopige hechtenis?

    1. Ophouden voor onderzoek (56a en 56b Sv) > enkele uren
    2. Inverzekeringstelling (57 e.v. Sv) > max tiental dagen incl verlenging
    3. Bewaring (art. 63 e.v.) > 14 dagen
    4. Gevangenhouding (art. 65 e.v.) > 90 dagen


    Bewaren en gevangenhouding (en -neming) vallen onder voorlopige hechtenis, en maken onderdeel uit van vervolging > toestemming RC vereist.
    • Ophouden voor onderzoek en inverzekeringstelling gaan voorlopige hechtenis vooraf
  • 5.2.1 Analysevraag

    Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is de inquisatoire procestraditie en hoe ziet de ontwikkeling hiervan eruit in Nederland?

    Inquisatoire procestraditie: in Nederland is dit (verder) ontwikkeld naar aanleiding van het auditu-arrest. Dit bracht een verandering teweeg in ons eerdere onmiddellijkheidsbeginsel.
    • Onmiddellijkheidsbeginsel: de rechter mag bij de bewijsbeslissing slechts rekening houden met hetgeen tijdens het onderzoek ter terechtzitting aan de orde is gesteld door de officier van justitie.
    • De verdachte is niet meer verplicht op zitting te verschijnen
    > actieve rol van de rechter heft het disbalans op, verdachte is onderzoeksobject. 
    • Dossier komt vooraf volledig bij rechter voor (opsporing) > vormt ruggengraat van wat in het proces besproken wordt
  • 6 Week 6 - De vervolgbeslissing

  • 6.2.1 Analysevraag

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6.2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • De invulling van het opportuniteitsbeginsel verandert, wat betekent dit voor de beklagprocedure ex. art. 12 Sv?

    Van negatief naar positief
    • Negatief: vervolgen, tenzij
    • Positief: niet vervolgen, tenzij
      • Meer ruimte voor OM om keuzes te maken welke zaken wel vervolgd zullen worden

    • Betekent ook meer ruimte voor burgers om te bekritiseren
    • Meer ruimte voor rechters om te beoordelen of het OM de juiste prioriteiten stelt
  • Wat zijn de voor- en nadelen van het gebruik van de beklagprocedure voor zaken van algemeen belang?


    Nadelen:
    • Kan gebruikt worden als politiek instrument, terwijl rechterlijke macht ondermijnt wordt in primaire taak (rechtsbescherming van individuele gevallen)
    • Rechter is beperkt democratisch gelegitimeerd > moet hij zich wel buigen over dergelijke moeilijke kwesties?

    Voordelen:
    • Zichtbaar maken maatschappelijke conflicten
    • Kiritische discussie over beslissingen van het OM
    • Emancipatie slachtoffers
    • Burgers hebben stevig forum om rechtsbescherming te zoeken, ook als het niet gaat om een puur individueel belang. 

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Strafprocesrecht (Eind Tentamen)