Probeer onze studie magie gratis!

Samenvatting: Governance

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
LET OP!!! Er zijn slechts 32 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
een PDF bestand en leer hem super snel
  • Geen aanmelding, e-mail of creditcard nodig!
  • AI maakt onbeperkte flashcards
  • AI maakt oefen toetsen van de stof
  • Stel vragen aan AI
Maak een notitieblok aan
  • Geen aanmelding, e-mail of creditcard nodig!
  • Heb en houd perfect overzicht
  • Maak Maak flashcards, notities en mindmaps
  • Oefen, test jezelf en scoor beter!

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Governance

  • Governance PP1

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 28/08/2017
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is de governance-theorie voor theorie?

    Een management- en organisatietheorie die probeert antwoord te geven op hoe je een organisatie zo goed mogelijk kunt inrichten om bepaalde doelen te bereiken. 
    Top-down, niet democratisch. 
    Zowel leidraad als analysemodel.
  • Op welke vier pijlers (deelprocessen) is de governance-theorie gebaseerd?

    1. sturen
    2. beheersen
    3. toezicht
    4. verantwoorden/transparantie

    Bij de inrichting van de organisatie moet met deze pijlers rekening worden gehouden. 

    Sturen: doelstellingen, gedrags-/integriteitscode
    Beheersen: regels en procedures
    Toezicht: controle op naleving door principal / externe toezichthouder (?)
    Verantwoording: actieve houding van agent
  • Hoe is good governance ontstaan (waar komt het vandaan)?

    Good governance komt uit het bedrijfsleven (corporate governance).
    Aanleiding: gewijzigde verhoudingen en schandalen.
    Men ging met een nieuwe bril kijken naar organisaties. Het management moet het goede voorbeeld geven. En hoe stuur je een organisatie aan. Nieuwe vorm van management en organisatie, bestaande uit de vier genoemde pijlers. 

    Schendingen integriteit in het bedrijfsleven:
    - Emron
    - World Online (Nina Brink)
    - Ahold (Amerikaanse tak)
    - DSB Bank
    - Sjoemelsoftware
    (- Woonbron)
    (- OR Politie)
  • Waar hebben mensen die op hoog niveau beslissingen nemen mee te maken?

    - verwachtingen
    - macht
    - performance
  • Hoe is de ontwikkeling van managementtheorieën geweest?

    1. scientific management (Taylor) - proces, mens is een machine
    2. general management (Fayol) - management, aansturing van de processen
    3. bureaucratie (Weber) - alles in regels vastleggen (om willekeur te voorkomen, link met integriteit), voorbeeld paarse krokodil
    4. human relations (Mayo) - menselijke relatie is belangrijker dan fysieke omstandigheden
    5. contingentie - rekening houden met de omgeving

    zie afbeelding
  • Van welke twee belangrijke veronderstellingen gaat de governance-theorie uit?

    - werk is een plicht
    - iedereen heeft zijn eigen belang; samenwerken is een opgave
     
    De theorie gaat uit van het slechte in de mens.
  • Welke drie theorieen liggen aan de governance-theorie ten grondslag?

    1. Principal/agent-theorie (opdrachtgever/uitvoerder) (intern)
    2. Stakeholders (direct belang, extern)
    3. Moreel eigenaars (indirect belang, extern)
  • Wat houdt de principal/agent-theorie in?

    1. uitvoerder heeft andere belangen dan opdrachtgever;
    2. uitvoerder weet meer dan de opdrachtgever (opdrachtgever heeft een informatieachterstand op wat de uitvoerder denkt en doet).

    Er kunnen meerdere lagen zijn; iedere laag heeft zijn doelen. Veronderstelt mogelijke belangenverstrengeling en informatie asymmetrie (bij opdrachtgever informatieachterstand). Opdrachtgever moet zorgen dat hij 'in control' is. Zaak is om de agent tóch zo goed mogelijk te dwingen te werken aan de doelstellingen van van de principaal.
  • Governance PP2

    Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 04/09/2017
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn 2 expliciete uitgangspunten van de principal/agent-theorie?

    1. er is mogelijk sprake van belangentegenstelling
    2. de uitvoerder heeft altijd meer informatie over wat hij of zij doet dan de opdrachtgever zelf

    De opdrachtgever probeert in control te komen (zorgen dat de uitvoerder doet wat hij moet doen). Top-down aanpak. Vier mechanismen:
    1. sturen
    2. beheersen
    3. toezicht
    4. verantwoorden/transparantie
  • Wat is een gedragscode en wat is het verschil met een beroepscode?

    Een gedragscode is een expliciete beschrijving van de normen en waarden voor het gedrag van bepaalde beroepen of specifieke toestanden in het optreden van organisaties. Het is een vorm van zelfregulering.Een gedragscode kan over veel meer specifieke zaken gaan dan een beroepscode. De beroepscode richt zich er vooral op, hoe een beroep dient te worden uitgevoerd.

    Gedragscode: heeft meestal betrekking op 1 organisatie
    Beroepscode: heeft meestal betrekking op 1 beroep (in meerdere organisaties)

    Acht manieren om naar integriteit te kijken (Huberts)
    Integriteit als exemplarisch ideaal gedrag staat centraal in de gedrags- en beroepscodes.
LET OP!!! Er zijn slechts 32 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart