Biologie voor jou

37 belangrijke vragen over Biologie voor jou

Wat onderzoekt ecologie?

  • Wisselwerking organismen en omgeving
  • Organisatieniveaus: molecuul, cel, organisme, populatie, ecosysteem

Wat zijn abiotische factoren in een ecosysteem?

  • Licht
  • Wind
  • Neerslag
  • Temperatuur
  • Lucht (N2, O2, CO2)
  • Grondsoort

Wat zijn biotische factoren in een ecosysteem?

  • Voedsel
  • Parasieten en ziekteverwekkers
  • Concurrentie
  • Predatie
  • Bescherming door vegetatie
  • Nestgelegenheid
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is een biotoop in een ecosysteem?

  • Gebied met gezamenlijke abiotische factoren
  • Voorbeeld: waterhoeveelheid, temperatuur, stromingsnelheid

Wat beïnvloeden abiotische factoren in een gebied?

  • Soortensamenstelling van een gebied
  • Klimaat en bodem
  • Factoren: temperatuur, licht, water

Wat zijn de eigenschappen van zand als bodem?

  • Open structuur
  • Goede waterdoorlaatbaarheid
  • Wortels krijgen genoeg zuurstof

Hoe verschilt klei van zand in de bodem?

  • Kleinere deeltjes
  • Houdt water goed vast
  • Minder zuurstof voor wortels

Wat is humus en waarom is het belangrijk?

  • Mengsel van organische en anorganische stoffen
  • Verbetert bodemstructuur
  • Voorkomt uitspoeling van voedingsstoffen

Hoe beïnvloedt de aanwezigheid van humus zand- en kleibodems?

  • Zand: betere waterretentie
  • Klei: makkelijker voor wortels om door te dringen
  • Meer humus verbetert bodem

Wat zijn de invloeden van pH en anorganische stoffen op een ecosysteem?

  • pH (zuurgraad) effecten
  • Grondwaterstand
  • Soortensamenstelling beïnvloeding

Waarom hebben planten licht nodig?

  • Nodig voor fotosynthese.
  • Lichtbehoefte verschilt per plant:
  • - Zonplanten: hoge lichtintensiteit.
  • - Schaduwplanten: lage lichtintensiteit.
  • Licht beïnvloedt voortplanting.

Wat is de rol van cuticula bij landplanten?

  • Dun laagje dat waterverlies voorkomt.
  • Dikker bij planten in droge gebieden.
  • Cactussen: zonder huidmondjes, slaan water op in stengels.

Hoe beïnvloedt temperatuur enzymactiviteit?

  • Reacties traag bij lage temperatuur.
  • Reacties sneller bij hogere temperatuur.
  • Te hoge temperatuur: denaturatie van enzymen.
  • Meeste leven tussen 0-45 °C.

Hoe passen dieren zich aan extreme temperaturen aan?

  • Sommige dieren wisselende lichaamstemperatuur.
  • Vogels en zoogdieren: constante lichaamstemperatuur.
  • Enkele kunnen onder 0 °C leven.

Waarom vindt fotosynthese niet plaats bij kou in de winter?

  • Kou beperkt fotosynthese
  • Laag licht
  • Planten groeien niet of langzaam

Welke abiotische factoren zijn belangrijk voor bodemsamenstelling?

  • Vochtigheid
  • Temperatuur
  • Lucht
  • Voedingsstoffen

Wat is tolerantie voor organismen?

  • Vermogen om schommelingen te verdragen
  • Betreft abiotische factoren
  • Grote tolerantie = groot verspreidingsgebied

Welke factoren bepalen een optimaal omgevingstemperatuur voor een organisme?

  • Optimum = gunstigste temperatuur
  • Tolerantiegebied
  • Temperatuurbereik waarin organismen overleven

Wat is een beperkende factor voor organismen?

  • Factor die groei of voortplanting vermindert
  • Kan temperatuur of andere abiotische factor zijn

Wat zijn de twee vormen van relaties tussen organismen in een ecosysteem?

  • Concurrentie (competitie)
  • Coöperatie (samenwerking)

Waar gaat concurrentie bij organismen over?

  • Beschikbare hoeveelheid voedsel
  • Partner voor voortplanting
  • Beschikbare ruimte
  • Beschikbare hoeveelheid licht

Wat kan sterke concurrentie binnen populaties beïnvloeden?

  • Selectie van de best aangepaste individuen
  • Verschillende leefomstandigheden
  • Genetische diversiteit

Waarom kan genetische variatie belangrijk zijn in een ecosysteem?

  • Vergroot de overlevingskans bij veranderende omstandigheden
  • Bevordert diversiteit

Hoe beïnvloeden omstandigheden de vachtkleur van muizen?

  • Donkere vachtkleur biedt bescherming in donkere omgeving
  • Verandering kan leiden tot selectievoordelen

Wat is commensalisme bij loodsvisjes en grote zeedieren?

  • Loodsmannetjes zwemmen bij grote zeedieren.
  • Voordeel voor loodsvisjes door bescherming.
  • Grote zeedieren zoals haaien geen voordeel.
  • Grote zeedieren ook geen nadeel van de relatie.

Hoe kan schurft worden overgedragen?

  • Intensief lichamelijk contact.
  • Besmette kleding.
  • Besmet beddengoed.

Welke symbioserelatie heeft de zeeanemoon?

  • Zeeanemoon leeft van prooiresten van heremietkreeft.
  • Heremietkreeft beschermd door netelcellen.

Welke biotische factoren beïnvloeden de populatiegrootte?

  • Voedselrelaties
  • Ziekten
  • Concurrentie

Hoe beïnvloedt migratie de populatiegrootte?

  • Immigratie: Organismen komen binnen.
  • Emigratie: Organismen vertrekken.

Wat is biologisch evenwicht?

  • Populatiesamenstelling blijft min of meer constant.
  • Regulatie binnen bepaalde grenzen ondanks verstoringen.

Wat zijn exoten in een nieuw leefgebied?

  • Organismen zonder natuurlijke oorsprong in gebied.
  • Bezitten soms eigenschappen voor vestiging.
  • Kunnen inheemse populaties verdringen.
  • Halsbandparkiet voorbeeld.

Wat gebeurt er als een ecosysteem de draagkracht overschrijdt?

  • Populatie kan instorten.
  • Overmatige individuen sterven.
  • Ecosysteem kan zich herstellen of niet.
  • Mogelijk nieuw biologisch evenwicht.

Hoe beïnvloeden voedselbronnen de populatiegroei?

  • Beginfase voedsel overvloedig.
  • Groeiende populatie vermindert hulpbronnen.
  • Hulpbronnen bepalen populatiegrootte.
  • Invloed beperkende factoren neemt toe.

Wat is draagkracht van een ecosysteem?

  • Maximale populatiegrootte behouden.
  • Bepaald door voedsel en omstandigheden.
  • Exponentiële groei bij gunstige omstandigheden.

Wat is de invloed van selectiedruk op een populatie?

  • Kan populatie uitsterven.
  • Genetische variatie vermindert.
  • Overlevingskans verkleint.
  • Bedreiging door jagers en habitatverlies.

Wat gebeurt er als het aantal jachtluipaarden afneemt?

  • Predatoren zoals roofdieren nemen toe.
  • Prooidieren zoals gazellen nemen toe.
  • Wijziging in soortensamenstelling door natuurlijke selectie.

Hoe kunnen organismen in een ecosysteem samenwerken?

  • Samenwerking binnen en tussen soorten.
  • Verhogen overlevingskansen.
  • Takenverdeling binnen populaties zoals wachtlopen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo