Klimaatverandering in het geologische verleden - Broeikasaarde
14 belangrijke vragen over Klimaatverandering in het geologische verleden - Broeikasaarde
Wat waren de klimaatomstandigheden tijdens het Krijt?
- Klimaat was van tropisch tot subtropisch.
- Geen ijskappen aanwezig.
- Krokodillen in Siberië.
- Palmbomen op Groenland.
- Gigantische hoeveelheden zeeorganismen.
- Kalklagen gevormd door skeletjes.
- White cliffs of Dover als bewijs.
Wat gebeurde er na het openbreken van Pangea?
- Pangea brak open door mantelpluimen.
- Divergente breuken met slenken en vulkanisme ontstonden.
- Continentaal driften op zeevol slenken.
- Midden-Atlantische Rug scheidt Zuid-Amerika en Afrika.
- Snelle zeebodemspreiding verhoogde CO₂ en zeespiegel.
Hoe verliep het uiteenvallen van Pangea en wat waren de effecten?
- Uiteenvallen verliep snel, vijf keer sneller dan nu.
- Noord-Amerika dreef naar het noordwesten.
- Zuid-Amerika scheidde later van Pangea.
- Antarctica en Australië scheidden van Afrika.
- Hogere CO₂-concentratie en verhoogde zeespiegel.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is de huidige concentratie van CO₂ in de atmosfeer en hoe verschilt dit van het Krijt?
- Huidige CO₂-gehalte: 400 ppmv.
- In het Krijt: gemiddeld vijf keer hoger.
- Meer CO₂ door snelle plaatbewegingen en vulkaanuitbarstingen.
- Vulkanische gassen veranderden koolstofkringloopevenwicht.
Hoe beïnvloedt koolstofdioxide de temperatuur en het broeikaseffect volgens de tekst?
- Meer CO₂ versterkt het natuurlijke broeikaseffect.
- Resultaat: stijging van de gemiddelde temperatuur.
- Allelei feedbackmechanismen spelen hierdoor een rol.
- Zowel positieve als negatieve feedbacks worden beïnvloed.
Wat is het positieve terugkoppelingsmechanisme van het albedo-effect?
- Toename van CO₂ leidt tot afsmelten van zee-ijs en landijs.
- Albedo van het gebied daalt, wat meer smelten veroorzaakt.
- Afsmelten van landijs veroorzaakt zeespiegelstijging.
- Bij CO₂-concentratie boven 1.000 ppmv is er geen zee-ijs meer in de zomer.
Welke factoren hebben bijgedragen aan de hoge zeespiegelstand tijdens het Krijt?
- Zeespiegel stond 80-100 m hoger dan nu.
- Hogere temperaturen door hoge CO₂-concentraties.
- Snelle zeebodemspreiding creëerde nieuw oceaanbodemoppervlak.
- Zeewateruitzetting door hoge temperaturen.
Hoe beïnvloedde zeebodemspreiding de zeespiegel tijdens het Krijt?
- Atlantische Oceaan werd jaarlijks 10 cm breder.
- Snelle verspreiding verhoogde oceaanrug zonder voldoende afkoeling.
- Rug bleef hoger, wat bergend vermogen van oceanen verminderde.
Waar verdwijnt de CO₂ uit de atmosfeer volgens de tekst?
- De koolstofdioxide verdwijnt door verwering.
- Koolstofopslag gebeurt in gesteenten en sediment.
- Vegetatie en oceanen spelen een rol.
- Kalkvorming door zeediertjes draagt bij.
Hoe draagt plankton bij aan het verdwijnen van CO₂?
- Plankton gebruikt koolstofdioxide (H₂CO₃) in oceanen.
- Ze bouwen kalkskeletten met CO₃ (carbonaat).
- Na afsterven zinken skeletten, vormen kalklagen.
Wat is een voorbeeld van koolstofopslag uit het Krijt?
- De mergel uit Zuid-Limburg.
- Deze bevat kalklagen van toenmalige koraalbanken.
- Daling van zeespiegel en opheffing van Zuid-Limburg legden kalklagen bloot.
Waarover zijn wetenschappers nog niet helemaal zeker met betrekking tot de grens tussen het Krijt en het Tertiair?
- Wetenschappers hebben nog onzekerheid over gebeurtenissen.
- Vaststaat dat er een catastrofale klimaatverandering was.
- 90% zeeleven en 70% flora/fauna verdwenen.
- Dinosaurussen leefden al 200 miljoen jaar.
- Veel dinosaurussen stierven in korte periode.
- Eind jaren 1970: theorie enorme meteorietinslag.
Wat tonen de gevonden sedimenten aan over iridium en de inslagtheorie?
- Sedimenten bevatten veel iridium.
- Iridium is zeldzaam op aarde, veel in meteorieten.
- Krijt/Tertiairinslag suggereerd door iridiumgehalte.
- Meteorietinslag bij Chicxulub met een krater van 180 km.
Wat wordt gezien als oorzaak van de mondiale uitstervingsgolf volgens sommige wetenschappers?
- Heftige vulkaanuitbarstingen in India worden verantwoordelijk geacht.
- Begin 250.000 jaar voor en duurde met tussenpozen 750.000 jaar.
- Deccan Traps in West-India, basaltlagen tot 3 km dik.
- Stofwolken blokkeerden zonlicht, veroorzaakten afkoeling.
- Veel planten- en diergroepen stierven uit.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden















