Samenvatting: Levensloop Lesbrief Vwo | 9789461100627 | LWEO

Samenvatting: Levensloop Lesbrief Vwo | 9789461100627 | LWEO Afbeelding van boekomslag
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Levensloop lesbrief VWO | 9789461100627 | LWEO

  • 1 Kiezen

    Dit is een preview. Er zijn 50 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat bedoelt men met het economische begrip van schaarste?

    Met het economische begrip van schaarste bedoelt men dat je iets moet doen voordat je van het product kan genieten. Zoals water uit de kraan is schaars want je moet er iets voor doen; de kraan opendraaien.

  • Wat zijn de schaarse goederen?

    Goederen waarvoor productiefactoren ingezet worden om ze te verkrijgen.
    Om bijvoorbeeld een brood te produceren moeten eerst de productiemiddelen grondstof, energie, arbeid en tijd opgeofferd worden. Brood is daardoor een schaars goed. Absolute schaarste houdt in dat er te weinig van een bepaald goed is, bijvoorbeeld de schaarste aan voedsel in gebieden waar hongersnood heerst. 
  • 1.1 Elke generatie kiest opnieuw

    Dit is een preview. Er zijn 32 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe betalen ouderen als ze met pensioen zijn?

    Ze hebben recht op AOW + daarnaast vaak bedrijfspensioen : daar is premie voor betaald toen opa nog werkte.
  • 1.2 Welke kosten tellen mee?

    Dit is een preview. Er zijn 42 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • wanneer is een product schaars?

    als er een offer of inspanning moet worden geleverd om het te verkrijgen
  • Wat is het verschil tussen absolute schaarste en relatieve schaarste?

    Er is een verschil tussen absolute schaarste en relatieve schaarste. In het dagelijks spraakgebruik is een goed schaars als er gebrek aan is, bijvoorbeeld voedselschaarste bij een hongersnood. Dit is absolute schaarste. In de economie is een goed schaars als er een offer of inspanning moet worden geleverd om het te verkrijgen. Dit is relatieve schaarste.
  • 1.3 Het budget, wat koop je ervoor?

    Dit is een preview. Er zijn 31 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat gebeurt er met de budgetlijn als de prijzen hoger worden?

    Een verandering van helling
  • Wat gebeurt er met de budgetlijn als het budget hoger wordt?

    Een evenwijdige verschuiving.
  • wat is een nominaal budget?

    een budget uitgedrukt in euro's
  • Wat kan invloed hebben op de budgetlijn?

    Prijs en budget, voorkeur niet.
  • wat is van bepaling voor een verandering van de koopkracht?

    de verandering van de nominale waarde en van de prijzen

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart