Hoe bestudeer je menselijke ontwikkeling? - Sectie - Fasen/stadia Medly

18 belangrijke vragen over Hoe bestudeer je menselijke ontwikkeling? - Sectie - Fasen/stadia Medly

Bronfren. 1e kring: Microsysteem. Noem de punten. 2

2e kring: Mesosysteem. Noem de punten  4

1. Microsysteem
- directe omgeving kind: familie en vriendjes
- beïnvloed de ervaring van een kind direct 

2. Mesosysteem 
- connecties tussen de omgeving van het kind.
- Die personen hebben allebei contact met het kind
- bijv.  de relatie tussen vader en juf op school.
- niet goed over weg: kind kan last ervaren

Bronfren. 3e kring = Exosysteem. Noem de punten 2

4e kring = Macrosysteem noem de punten 2

Exosysteem
- indirecte omgeving: sociale situaties waarbij het kind niet betrokken is.
- bv. Ouder heeft stress op werk --> beïnvloedt interactie met kind 

Macrosysteem
- sociale en culturele invloeden
- bv. Waar je woont en wat je gewend bent (verhuizen naar een rijke wijk, pas je er niet binnen)

Bronfenbr. 5e kring is het Chronosysteem. 1

Wat was het uitgingspunt van Bronfrenbrenner?

Chronosysteem
-> veranderingen in de omgeving in de loop van de tijd die invloed hebben op het kind.
- denk aan dat voorbeeld met scheiden

''Een kind zijn visie komt door de grotere omgeving waar hij in zit en is niet genetische vastgelegd''
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hechtingssysteem ontwikkeling: Welke vier leeftijdspunten zijn er?

-0-3 maanden
-3-6 maanden
- 6-18 maanden 
- 18-36 maanden

Hechtingsontwikkelings leeftijdpunten
Noem de bij 6-18 mndn (4)
en bij 18-36 mndn (3)

6-18 mndn
- Actief hechtingsgedrag (hechtingsband)
-  object (persoon) permanentie
- cognitieve ontwikkeling: kind gaat huilen als de moeder de kamer verlaat
- kunnen korte scheidingen niet aan

18-36+ maanden
- Doelgericht handelen: kind weet dat als hij iets doet, dat er dan een actie volgt: huilen --> moeder komt, iets laten vallen --> moeder pakt het op 
- weten wat ze kunnen verwachten bij een actie
- kunnen korte scheidingen aan: ze zijn gewend aan de manier waarop de interactie hebben.


Kohlberg: wat is het 1e level en welke 2 fasen horen hierbij?

1. Preconventioneel --> egocentrisch, gericht op straf en beloning
- Fase 1: straf en gehoorzaamheid
- Fase 2: Instrumentele en uitwisselingoriëntatie

Kohlberg: wat is het 2e level en welke 2 fasen horen hierbij

Conventioneel niveau --> sociale realties, gericht op naleving
fase 3: wederzijdse persoonlijke verwachtingen, relaties en persoonlijke conformiteitsoriëntatie
fase 4: sociaal systeem en gewetensoriëntatie

Kohlberg: wat is het 3e level en welke twee fasen horen hierbij?

Postconventioneel --> ideaalgericht, morele principes
fase 5: sociaal contract of individuele rechten
fase 6 universele ethische principes

Kohlberg: Preconventioneel level. Welke punten? 3

- moreel redeneren is egocentisch
- focus op eigen beloningen en vermijden van straf
- geen rekening met perspectief anderen of andere maatschappelijke gevolgen van acties

Preconventioneel, fase 1: straf en gehoorzaamheid. Noem de punten (4)

- gehoorzaamheid autoriteit en vermijden straf
- goed of fout op basis van beloning en straf
- houdt geen rekening met anderen
- motivatie morele acties is voor eigenbelang

Preconventioneel, fase 2: Instrumentele en ruiloriëntatie. Noem de punten 3

- moreel redeneren focus op eigenbelang en wederkerigheid
- actie voor persoonlijk voordeel of eerlijke ruil
- jij doet iets voor mij, ik voor jou

Conventioneel leven: fase 3: wederzijdse persoonlijke verwachtingen, relaties en persoonlijke conformiteitsoriëntatie. Noem de punten 3

- graag aan de verwachtingen van anderen willen voldoen (vooral mensen die dichtbij je staan)
- goed persoon zijn belangrijk
- empathie tonen om relaties te onderhouden (goede, student, vriend, kind zijn)

Conventioneel niveau: fase 4 sociaal systeem en gewetensoriëntatie. Noem de punten 2

- voldoen aan verplichtingen van samenleving/groep
- wetten en regels handhaven om voor orde en choas te voorkomen

Postconventioneel: fase 5: sociaal contract of oriëntatie op individuele rechten. Noem de punten 3

- gericht op verbeteren algemeen welzijn van een groep
-  regels zijn onpartijdig, gelijke rechten
-  ''het grootste goed voor het grootste aantal'' wetten horen mee te veranderen naar de behoeften van de samenleving

Postconventioneel: fase 6: Universele ethische principes. Noem de punten 2

- uitbreiding fase 5
- het groot maken van zelfgekozen ethische principes zoals leven, vrijheid, waardigheid, die wetten/normen overstijgen.

Moraliteit: welke punten hoort bij de theorie van Gillian bij preconventioneel, conventioneel en postconventioneel?

Preconventioneel --> zelf proberen te overleven
conventioneel --> jezelf opofferen
postconventioneel--> geven om anderen

Morele ontwikkeling. Welke punten horen bij heteronome moraliteit (fase 1) 4

- kinderen jonger dan 7 jaar.
- zien regels als vast
- baseren hun oordeel op basis van een resultaat van een actie (bv. De een heeft meer dingen kapot gemaakt, ookal is dit perongeluk)
-  cognitieve onwolwasssenheid (volgens piaget)

Morele ontwikkeling. Wat gebeurt er in de overgangsperiode? 2

- ontwikkeling innemen andere perspectieven
-  waarderen eerlijkheid en gelijkheid

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo