Samenvatting: Specifiek 1.3.1
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Specifiek 1.3.1
-
1 1.3.1
-
1.1 Gastro enteritis
Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe behandel je gastro enteritis?
- Antibiotica werken niet tegen virussen
- Maag-darmkanaal moet rust krijgen
- Eten hoeft niet
- Drinken wel! Kleine beetjes per keer
- Zo nodig ORS (AV)
- Oral Rehydration Solution: water, zouten, glucose
- Andere medicijnen hebben geen zin
- Eventueel een middel tegen het stoppen van de diarree als deze te erg wordt.
- Diarree wordt minder of stopt
-Niet langer dan 2 dagen achter elkaar gebruiken
- Vanaf 8 jaar en bij volwassenen -
1.2 Hernia diafragmatica
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat gebeurd er als het diafragma minder stevig word?
Het word minder stevig, de opening wordt zwakker en groter -
1.3 Reflux en Oesofagitis
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Waar moet je op letten bij klachten bij oesofagitis?
Klachten van opkomend maagzuur ljiken soms op hartklachten -
1.6 Geneesmiddelen voor maagaandoeningen
-
Wat doen de geneesmiddel voor maagaandoeningen vaak?
Het maagzuur verminderen helpt het maagslijmvlies te herstellen en verminderd de pijn -
2 1.3.2.1
-
2.1 Normaal defecatiepatroon
-
Wat betekend normaal defecatiepatroon?
Normale stoelgang -
Waar moet je op letten bij een normaal defecatiepatroon?
Wanneer het normale defecatiepatroon anders word dan normaal kan dat een teken zijn om iemand een afspraak te geven bij de huisarts -
2.2 Diarree
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn verschillen en overeenkomsten van chronische en acute diarree?
Acute diarree: geen bijkomende ziekteverschijnselen zoals koorts, bloed, ernstig ziekzijn en slijm
Chronische diarree: vaak nog andere klachten dan enkel dunne ontlasting, bloed, ernstig ziekzijn en slijm -
2.5 Triage bij diarree
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.5
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer is diarree een U2?
- Bij hevig rectaal bloedverlies
- Bij aanhoudend braken -
Wanneer is diarree een U3?
- Bij koorts én een risicogroep
- Zieke indruk
- Dehydratatie -
Wanneer is diarree een U5 en geef je dus thuisartsadviezen?
Bij diarree zonder de U2 of U3 klachten en tussen de 1-3 dagen duurt
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden















