Samenvatting: Voeding En Industrie

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Voeding en industrie

• 1 Voeding en industrie

• 1.1 Sensorisch onderzoek

  Dit is een preview. Er zijn 20 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat houdt sensorisch onderzoek in met mens als meetinstrument?

  Een aantal mensen één of meer krijgen producten te zien, te ruiken, te proeven en/of te voelen. Ze vormen samen een panel en ze geven hun oordeel over de producten.

• Wat houdt analytisch onderzoek doen in, binnen sensorisch onderzoek?

  Een objectieve uitspraak over de smaak van een product. De smaak van het product moet worden gerealiseerd, zonder daar een oordeel of mening over te geven.

• Noem een voorbeeld van analytisch onderzoek gericht op een pak havermelk.

  Er wordt een een groep mensen gevraagd om een B-merk havermelk te proeven en te vragen om de smaak te analyseren. Zonder dat ze aangeven of ze het lekker vinden of niet.

• Wat houdt productgericht onderzoek in?

  Tijdens het onderzoek wil je niets te weten komen over de proever, maar over het product en dit wordt ook wel productgericht onderzoek genoemd.

• Wat is hedonisch onderzoek?

  Als je graag een subjectief oordeel wil hebben van de consument kies je bij sensorisch onderzoek voor hedonisch onderzoek. Hierin wil je graag weten wat de consumenten wel of niet lekker vinden smaken, ruiken of voelen.

• Wat zijn 4 andere synoniemen voor hedonisch onderzoek?

  1. Acceptatieonderzoek
     
  2. Affectief onderzoek
  3. Preferentieonderzoek
  4. Consumentenonderzoek (komt hiermee overeen)

• Wat is het verschil tussen hedonisch en analytisch onderzoek?

  Voor hedonisch onderzoek heb je (potentiele) gebruikers nodig en dat moeten er veel zijn om een representatief beeld te krijgen.  Je hebt dan proevers nodig zonder vakkennis. Bij analytisch onderzoek heb je vaak een kleinere groep proefpersonen nodig, die goed kunnen proeven en objectief kunnen zijn en hun waarnemingen goed onder woorden kunnen brengen.

• Wat is een verschiltest binnen het analytische sensorische onderzoek?

  Je gaat testen of er een mogelijk smaakverschil is tussen verschillende producten. Is er een verschil of is er een bepaald benoemd verschil? Voorbeeld: Is smaakt A zouter dan B? Smaakt E en F even zuur?

• Waar moet je bij productontwikkeling op letten?

  • Kijk naar wat er al op de markt is (concurrentie).
    
  • Kijk naar wat er nog niet is (white spaces).
  • Wat de positie is van eigen producten tegenover concurrerende producten.
  • Welke wensen heeft de doelgroep.
  • Voor welke situatie of welk gebruiksmoment moet het product worden gemaakt.

• Wat is fundamenteel sensorisch onderzoek?

  Hierbij gaat het om algemenere vragen en langetermijnproblemen. Denk hierbij aan de smaakwaarneming op het gebied van psychische, sociale en fysiologische werking. Voorbeeld vraag: Waar en hoe komt het dat menselijke hersenen tot een positief smaakoordeel komen?