Samenvatting: Nova 1-2 Gymnasium | 9789034583475 | F Alkemade, et al

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van NOVA 1-2 gymnasium | 9789034583475 | F. Alkemade, P. van Hoeflaken, R. Tromp

  • 3.1 ijs, water, waterdamp

    Dit is een preview. Er zijn 33 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • waar verwijst het woord 'water' in de natuurkunde en scheikunde naar?

    de stof water
  • wat is de molecuul formule van de stof water?leg uit..

    h2o
    (h) twee waterstofatomen
    (o) een zuurstofatoom
  • Uit welke atomen bestaat een watermolecuul?

    - 2 Waterstofatomen (H)
    - 1 Zuurstofatoom (O)


    De molecuulformule voor de stof water = H2O
  • Welke vormen heeft water in de natuur?

    Sneeuw, hagel en rijp = ijs vorm

    Regen, mist en dauw = water (druppel) vorm

    Nevel, uitademen =' waterdamp' vorm (verschil met natuurkunde is dat je een watergas niet kunt zien)
  • wat is waterdamp in de natuur en scheikunde?

    onzichtbaar gas in de lucht
  • Wat is cohesie (samenhang)?

    moleculen van dezelfde stof trekken elkaar aan

    Bv cohesie zorgt ervoor dat een waterdruppel een bolvorm krijgt
  • Verklaar met het deeltjesmodel dat ijs (en veel andere vaste stoffen) een kenmerkende kristalstructuur (vaste vorm) hebben

    Omdat de moleculen van een stof allemaal gelijk zijn, kunnen ze op een regelmatige manier 'gestapeld' worden (net zoals sinaasappels op de markt). Zo ontstaat een kristalrooster waarin elke molecuul een vaste plaats heeft.
  • wat is kenmerkend voor ijs?

    een zeshoekige structuur oftewijl een kristalstructuur
  • 3.2 temperatuur

    Dit is een preview. Er zijn 21 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is een (vloeistof)thermometer, welke onderdelen heeft het en hoe werkt het?

    Dit is het meetinstrument voor temperatuur

    1. Reservoir (ruimte onderaan gevuld met vloeistof)
    2. Stijgbuis (doorzichtig pijpje waarin vloeistof kan stijgen en dalen)
    3. Schaalverdeling


    Het reservoir en een deel van de stijgbuis zijn gevuld met vloeistof.
    Als de temperatuur stijgt, zet de vloeistof uit em stijgt dan omhoog in de stijgbuis. Als de temperatuur daalt, krimpt de vloeistof en daalt deze.
    Omdat de buis heel nauw is, zijn kleine temperatuurverschillen al; zichtbaar.
    Je leest de temperatuur af door de hoogte van de vloeistof te vergelijken met de schaalverdeling langs de stijgbuis.

    Meestgebruikte schaalverdeling is in graden Celsius (0 C) = Celsiusschaal
  • wat voor schaalverdeling wordt er in het dagelijks leven op thermometers gebruikt?

    In graden celcius

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart