Dementie - Alzheimer

19 belangrijke vragen over Dementie - Alzheimer

Onderscheid klinische syndroom en het etiologische subtype - diagnostische criteria Alzheimer

In het kader van diagnostiek van de ziekte van Alzheimer en andere vormen van dementie is het belangrijk om onderscheid te maken tussen het klinische syndroom (dementie) en het etiologische subtype (de oorzaak van het klinische syndroom)

Wanneer kan het syndroom MCI worden toegeschreven aan onderliggende ziekte van Alzheimer? - diagnostische criteria

Volgens de NIA-AA consensuscriteria kan het syndroom MCI met hoge, enige of lage waarschijnlijkheid worden toegeschreven aan onderliggende ziekte van Alzheimer. De mate van waarschijnlijkheid is het hoogst als er sprake is van:
  • Een cognitief profiel passend bij beginende Alzheimer: geheugenstoornis op de voorgrond (amnetische MCI) met een sluipend begin en een progressief beloop; én
  • Aanwijzingen voor onderliggende alzheimerpathologie verkregen via beeldvormend onderzoek (CT, MRI, PET-scan) of hersenvocht

Benoem de etiologie en neuropathologie van Alzheimer

  • Plaques en tangles
  • Amyloïd-cascade-hypothese
  • Vasculaire hypothese
  • De hypotheses gecombineerd
  • Risicofactoren
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Omschrijf plaques en tangles - etiologie en neuropathologie Alzheimer

  • De neuropathologie van de ziekte van Alzheimer kenmerkt zich door ophopingen van het eiwit amyloïd-bèta tussen de hersencellen (senile plaques), en verstrengelingen van het eiwit tau in de hersencellen (neurofibrillaire tangles), die leiden tot het afsterven van hersencellen en uiteindelijk hersenkrimp (neurodegeneratie)
  • Dankzij recente ontwikkelingen in het onderzoek naar biomarkers op basis van structurele beeldvorming (CT en later MRI), moleculaire beeldvorming (amyloïd-PET en tau-PET) en het hersenvocht, kunnen de verschillende neuropathologische kenmerken (amyloïd, tau en neurodegeneratie) nu ook betrouwbaar worden aangetoond gedurende het leven

Omschrijf de amyloïd en vasculaire hypothese gecombineerd - etiologie en neuropathologie Alzheimer

  • Bewijs dat amyloïdpathologie en cerebrovasculaire schade waarschijnlijk met elkaar interactieren bij het ontstaan van de ziekte van Alzheimer
  • Zo blijkt dat amyloïd-bèta-opstapelingen en vasculaire schade vaak samen voorkomen op latere leeftijd, en mogelijk een additief effect hebben op de mate van neurodegeneratie en cognitieve achteruitgang

Omschrijf risicofactoren - etiologie en neuropathologie Alzheimer

  • De ziekte van Alzheimer is een complexe ziekte waarbij waarschijnlijk meerdere ziekteprocessen een rol spelen
  • Daarnaast lijken verschillende risico- en beschermende factoren te interactieren met het onderliggende ziekteproces
  • Er wordt onderscheid gemaakt tussen:
    • Modificeerbare risicofactoren: factoren die aangepakt kunnen worden door middel van verandering in de leefstijl
    • Niet-modificeerbare risicofactoren: hogere leeftijd, vrouwelijke geslacht, genetische aanleg

Leg de afbeelding uit - etiologie en neuropathologie Alzheimer

  • Overzicht van modificeerbare risicofactoren voor dementie gedurende het leven
  • Uit rapport bleek dat er 12 belangrijke risicofactoren zijn die gedurende de levensloop samenhangen met de ontwikkeling van dementie in het algemeen:
  1. Lager opleidingsniveau
  2. Hoge bloeddruk
  3. Gehoorverlies
  4. Roken
  5. Overgewicht
  6. Depressie
  7. Weinig fysieke activiteit
  8. Diabetes
  9. Weinig sociaal contact
  10. Overmatig alcoholgebruik
  11. Hersenletsel
  12. Luchtvervuiling
  • Ingrijpen op al deze 12 risicofactoren zou in 40% van alle dementiegevallen de ziekte kunnen vertragen of zelfs voorkomen

Hoe kan het beloop van de ziekte van Alzheimer opgedeeld worden en welk instrument wordt hiervoor gebruikt?

Beloop van ziekte van Alzheimer fasen:
  • MCI
  • Beginnende dementie
  • Matige dementie
  • Ernstige dementie

Een instrument dat vaak gebruikt wordt voor de beoordeling van de klinische fase van Alzheimer is de Clinical Dementia Rating Scale (CDR). Dit is een semigestructureerd interview met de patiënt en naaste, waarbij het cognitief functioneren wordt uitgevraagd in 6 verschillende domeinen (geheugen, oriëntatie, probleemoplossend vermogen, sociale activiteiten, huis en hobby's, persoonlijke verzorging

Waarom is een neuropsychologisch onderzoek van belang? - klinisch en neuropsychologisch profiel Alzheimer

  • Levert een belangrijke bijdrage aan het stellen van een betrouwbare syndroomdiagnose, omdat het een goed onderscheid kan maken tussen normale veroudering, MCI en dementie
  • Vooral een meerwaarde in de voorfase en vroege fase van dementie

Omschrijf het typische profiel van cognitieve stoornissen passend bij Alzheimer? - klinisch en neuropsychologisch profiel

Kenmerkt zich door:
  • Geheugenstoornissen die op de voorgrond staan
  • Stoornissen in het semantisch geheugen
  • Stoornissen in taal
  • Stoornissen in EF en WG
  • Later in het ziekteproces ook problemen met de visuoconstructieve functies en praxis

Omschrijf amnetische MCI als voorstadium (CDR 0,5 - twijfelachtig) - klinisch en neuropsychologisch profiel

  • De eerste klinische kenmerken uiten zich vaak als stoornissen in het episodisch geheugen, met eerst vooral problemen met het leren van nieuwe informatie en het ophalen van recent geleerde informatie (anterograde amnesie)
    • Veroorzaakt door stoornis in de consolidatie van nieuwe informatie vanwege de krimp van hersencellen in en rond de hippocampus
  • Vaak gerapporteerde klacht is woordvindproblemen
  • De cognitieve problemen leiden niet tot uitgesproken interferentie in het dagelijks functioneren, sommige complexe handelingen kunnen wel moeizamer gaan, zoals werken of financiën

Omschrijf matige dementie (CDR 2 - matig) - klinisch en neuropsychologisch profiel Alzheimer

  • De cognitieve stoornissen breiden zich verder uit:
    • De geheugenproblemen zijn nu ook evidenter voor herinneringen uit het verdere verleden
    • De oriëntatie in plaats en persoon gaat verder achteruit
    • Woordvindstoornissen, stoornissen in de visuoconstructieve functies en apraxie kunnen voorkomen
  • De persoon wordt steeds afhankelijker van zijn omgeving, omdat relatief simpele alledaagse handelingen, zoals tandenpoetsen en aankleden, nu ook moeizamer gaan

Wat zijn de verschillende verschijningsvormen van Alzheimer?

  1. Posterieure corticale atrofie (PCA)
  2. Logopene afasie
  3. Disexecutieve variant
  4. Alzheimer op jonge leeftijd
  5. Verwante stoornissen; neuropsychiatrische symptomen

Omschrijf posterieure corticale atrofie (PCA) - klinisch en neuropsychologisch profiel Alzheimer

  • Stoornissen in de visueel-ruimtelijke functies staan op de voorgrond
  • Er is sprake van zowel visuoconstructieve als visuoperceptuele stoornissen (visuele agnosie)
  • Typerend is dat het geheugen relatief lang gespaard blijft
  • Het patroon van neurodegeneratie start in de pariëtaal- en occipitaalkwab, en breidt zich later ook uit naar de occipitotemporaalkwab
  • Vergeleken met de typische vorm van Alzheimer blijkt de mediotemporaalkwab relatief lang gespaard

Omschrijf logopene afasie - klinisch en neuropsychologisch profiel Alzheimer

  • Deze variant begint met taalstoornissen, wordt ook de taalvariant van Alzheimer genoemd
  • In eerste instantie zijn er met name problemen met de taalexpressie, zoals woordvindproblemen en een gestoord nazeggen van zinnen
  • In de loop van het ziekteproces gaan ook het taalbegrip, EF en het geheugen verder achteruit
  • In het beginstadium is de hersenschade asymmetrisch en het meest uitgesproken in de linkertemporaalkwab

Omschrijf de disexecutieve variant - klinisch en neuropsychologisch profiel Alzheimer

  • Gedragsveranderingen en stoornissen in de EF en sociale cognitie zijn aanvankelijk het voornaamste symptoom
  • Het type gedragsverandering verschilt per individu; er kan sprake zijn van disinhibitie of juist apathie
  • Bij deze variant is de hersenschade in eerste instantie het meest nadrukkelijk aanwezig in de frontaalkwab
  • Hierdoor komt de klinische presentatie overeen met de gedragsvariant van frontotemporale dementie, maar wijzen biomarkers op onderliggende alzheimer pathofysiologie

Omschrijf medicamenteuze behandeling bij Alzheimer

  • Op dit moment nog niet te genezen
  • Medicatie die de cognitieve symptomen enigszins kunnen remmen
    • Cholinesteraseremmers; zijn gebaseerd op het feit dat de communicatie tussen de hersencellen minder goed verloopt door een verlies van cholinerge neuronen
    • De cholinesteraseremmers zorgen ervoor dat acetylcholine minder snel wordt afgebroken, en daardoor langer actief blijft in de presynaptische spleet

Casus mevrouw Bakker - Het lijkt alsof de patiënt zich in het dagelijks leven goed kan redden.Waar moet in dit geval bij de diagnostiek rekening mee worden gehouden?

De partner neemt veel taken over die de patiënt mogelijk niet meer aankan. Dit geeft een vertekend beeld. Het is van groot belang dat de patiënt neuropsychologisch onderzocht wordt, zodat kan worden beoordeeld hoe zij functioneert zonder de hulp van de partner.

Casus mevrouw Bakker - Wat zou in dit geval het advies zijn van de neuropsycholoog?

Er wordt geadviseerd na een bepaalde periode een herhalingsonderzoek in te plannen om het klinisch beloop vast te stellen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo